ZITTING VAN 29 OKTOBER 2020
BES Notulen en audioverslag 8 oktober 2020
MOTIVERING
FEITEN EN CONTEXT
De notulen van de vorige zitting van de raad van maatschappelijk welzijn van 8 oktober 2020 worden ter goedkeuring voorgelegd aan de leden van de raad van maatschappelijk welzijn.
Er wordt kennis genomen van het audioverslag van de raad van maatschappelijk welzijn van 8 oktober 2020.
JURIDISCHE GRONDEN
Artikel 74 van het Decreet over het lokaal bestuur.
Elk raadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de notulen van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de raad voor maatschappelijk welzijn worden aangenomen, worden de notulen in die zin aangepast.
Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen van de vorige vergadering worden de notulen als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn en de algemeen directeur.
ADVIEZEN
De raad voor maatschappelijk welzijn heeft geen opmerkingen bij de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering.
BESLUIT
eenparig
Enig artikel
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de notulen van de raad voor maatschappelijk welzijn van 8 oktober 2020 goed en neemt kennis van het audioverslag.
ZITTING VAN 29 OKTOBER 2020
BES Sectoraal akkoord 2020
MOTIVERING
FEITEN EN CONTEXT
De Vlaamse regering keurde op 10 april 2020 het ontwerp van sectoraal akkoord 2020 voor het personeel van de lokale en provinciale besturen goed. De kern van het sectoraal akkoord is een koopkrachtverhoging van globaal 1,1% vanaf 1 januari 2020 voor het personeel.
Op vrijdag 29 mei 2020 keurde de Vlaamse regering de omzendbrief bij dit sectoraal akkoord goed. Deze omzendbrief verduidelijkt de toepassing- en uitvoeringsmodaliteiten van het sectoraal akkoord.
JURIDISCHE GRONDEN
• Sectoraal akkoord 2020 voor het personeel van de lokale en provinciale besturen, afgesloten op 8 april 2020, goedgekeurd door de Vlaamse regering op 10 april 2020.
• Omzendbrief KB/ABB 2020/2 VAN 29 mei 2020 betreffende het sectoraal akkoord 2020 voor het personeel van de lokale en provinciale besturen.
• Het KB van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, m.n. art. 19 quater (ecocheques), art. 19 ter (sport- en cultuurcheques) art. 19§2, 14°(geschenkcheques) en artikel 19 quinquies (consumptiecheques).
• Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen.
• Het Besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en latere wijzigingen.
• Wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden en haar personeel, en latere wijzigingen.
• Besluit van de gemeenteraad van 16 december 2019 houdende de goedkeuring van de rechtspositieregeling voor het gemeente- en OCMW-personeel.
ADVIEZEN
• Voorstel vast bureau van 22 juli 2020 en van 28 september 2020;
• Gunstig advies van het managementteam van 22 september 2020;
• Sjabloon ondertekend voor akkoord van 12 oktober 2020 door de vakbondsorganisaties.
ARGUMENTATIE
Het sectoraal akkoord heeft uitwerking vanaf 1 januari 2020 en voorziet in een belangrijke koopkrachtverhoging voor het personeel.
• Recurrente maaltijdchequesverhoging van € 100,00 per VTE: aangezien het bestuur al de maximale werkgeversbijdrage voor de maaltijdcheques, op de datum waarop dit sectoraal akkoord is afgesloten, bereikt heeft (zijnde € 8,00 per maaltijdcheque) voldoet het bestuur reeds aan deze voorwaarde en hoeft het geen verdere stappen te ondernemen op dit punt;
• Recurrente koopkrachtverhoging van € 200,00 per VTE: het bestuur kiest voor de toekenning van ecocheques - referteperiode idem zoals eindejaarspremie (1 januari tot 30 september) - personeelsleden die na 1 oktober in dienst komen ook pro rato ecocheques toekennen. Bedrag wordt toegekend op basis van de arbeidsprestaties;
• Verhoging minimale bijdragevoet tweede pensioenpijler contractueel personeel: vanaf 1 januari 2020 wordt de sectoraal afgesproken minimale bijdragevoet tweede pensioenpijler van het contractuele personeel opgetrokken naar 2,5 % (nu 2%).
BIJLAGEN
• Sectoraal akkoord lokale en provinciale besturen 2020;
• Omzendbrief KB/ABB 2020/2 van 29 mei 2020 betreffende het sectoraal akkoord 2020 voor het personeel van de lokale en provinciale besturen.
FINANCIELE GEVOLGEN
Het lokaal bestuur dient zelf de verhoging ten laste te nemen.
BESLUIT
eenparig
Enig artikel
De raad voor maatschappelijk welzijn besluit het sectoraal akkoord 2020 voor gemeente- en OCMW-personeel te implementeren en gaat over tot:
• Recurrente koopkrachtverhoging van € 200,00 per VTE: het bestuur kiest voor de toekenning van ecocheques - referteperiode idem zoals eindejaarspremie (1 januari tot 30 september) - personeelsleden die na 1 oktober in dienst komen ook pro rato ecocheques toekennen. Bedrag wordt toegekend op basis van de arbeidsprestaties;
• Verhoging minimale bijdragevoet tweede pensioenpijler contractueel personeel: vanaf 1 januari 2020 wordt de sectoraal afgesproken minimale bijdragevoet tweede pensioenpijler van het contractuele personeel opgetrokken naar 2,5% (nu 2%).
Deze aanpassingen worden opgenomen in de rechtspositieregeling voor gemeente- en OCMW-personeel, die wordt geagendeerd tijdens een volgende raad voor maatschappelijk welzijn.
ZITTING VAN 29 OKTOBER 2020
BES IGO - statutaire av 11 december 2020
MOTIVERING
FEITEN EN CONTEXT
De brief van IGO van 26 augustus 2020 betreffende de uitnodiging van de afgevaardigde op de statutaire algemene vergadering van IGO div, die plaatsvindt op vrijdag 11 december 2020 om 17.30u in de vergaderzaal van IGO div, De Vunt 17 te Holsbeek.
Agenda
1) Goedkeuring statutenwijziging
In de zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn van 23 mei 2019 werd schepen Steven Vermeulen aangeduid om OCMW Begijnendijk te vertegenwoordigen voor de hele legislatuur.
JURIDISCHE GRONDEN
• Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;
• Het decreet van 6 juli 2001 houdende Intergemeentelijke Samenwerking;
• Het besluit van de gemeenteraad van Begijnendijk van 25 januari 2001 waarbij werd beslist akkoord te gaan met de oprichting van en deelname aan de dienstverlenende vereniging IGO Leuven;
• Oprichting van de dienstverlenende vereniging IGO Leuven op 10 maart 2004, die als rechtsopvolger optreedt van de vzw IGO Leuven;
• Artikel 39 van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, dat bepaalt dat wijzigingen in de statuten artikelsgewijs worden aangebracht met een ¾ meerderheid, zowel voor het geheel van de geldig uitgebrachte stemmen, als voor de geldig uitgebrachte stemmen van de vertegenwoordigde gemeenten, en op voorwaarde dat de gewone meerderheid van het aantal deelnemende gemeenten haar instemming betuigt.
• De gecoördineerde statuten van IGO;
BIJLAGEN
• uitnodiging statutaire algemene vergadering van IGO div van 11 december 2020,
• aanpassing statuten IGO: nota van toelichting,
• statutenwijziging IGO.
BESLUIT
eenparig
Artikel 1
De raad voor maatschappelijk welzijn stelt het mandaat van de vertegenwoordiger aangaande de agenda van de statutaire algemene vergadering van 11 december 2020 als volgt vast: goedkeuring van het agendapunt van de statutaire algemene vergadering: goedkeuring statutenwijziging.
Artikel 2
De raad voor maatschappelijk welzijn onderwerpt deze beslissing aan het algemeen toezicht en zendt een afschrift van dit besluit naar:
• de gemeentelijke afgevaardigde,
• IGO, t.a.v. de heer Geert Van Aerschot.
ZITTING VAN 29 OKTOBER 2020
BES Minimale levering aardgas
MOTIVERING
FEITEN EN CONTEXT
Gezinnen die door betalingsproblemen zijn gedropt door hun energieleverancier, worden verder beleverd door de distributienetbeheerder. Wanneer ze ook daar hun facturen niet meer kunnen betalen, plaatst de netbeheerder een oplaadbare budgetmeter die toelaat het verbruik vooraf te betalen. In tegenstelling tot de minimale levering aan tien ampère via budgetmeter voor elektriciteit, biedt de budgetmeter voor aardgas geen technisch betrouwbare en veilige mogelijkheid daartoe. Wie niet oplaadt en ook zijn noodkrediet (1000 kWh) heeft opgebruikt, valt zonder aardgas totdat hij de meter opnieuw oplaadt met de budgetmeterkaart.
Het OCMW kan aan behoeftigen een beperkte financiële steun toekennen om de budgetmeter op te laden. Deze financiële tussenkomst staat voor een minimale hoeveelheid aardgas, goed voor een minimaal comfort. Dit kan volgens de uitgewerkte richtlijnen: ‘Procedure 2020 - 2021 voor OCMW’s die opteren gebruik te maken van het systeem van minimale levering via de aardgasbudgetmeter’;
Concreet stelt de distributienetbeheerder wekelijks een lijst ter beschikking van personen die langer dan dertig dagen geen oplading voor hun aardgasbudgetmeter hebben gedaan. Het OCMW contacteert hen dan om de minimale levering aan te vragen. Gezien het gaat om individuele hulpverlening wordt over elke aanvraag apart beslist, na sociaal onderzoek. Dit gebeurt eenmaal per klant per periode. Afhankelijk van het woningtype wordt er een halfmaandelijkse tussenkomst toegekend waarmee rechtstreeks de budgetmeter kan opgeladen worden. Maximaal 70% van het toegekende bedrag kan teruggevorderd worden bij de aardgasnetbeheerder. Het OCMW beslist per dossier of het de overige 30% al dan niet ten laste neemt;
JURIDISCHE GRONDEN
• Bepalingen van de organieke OCMW wet en het OCMW-decreet;
• In de raadsbesluiten van 21 december 2011, 18 december 2012, 27 november 2013 en 22 november 2014, 01 december 2015, 27 oktober 2016, 26 oktober 2017, 25 oktober 2018 en 24 oktober 2019 hieromtrent werd er telkens beslist in te stappen in het systeem.
BIJLAGEN
webtekst energiesparen.be: Minimale levering via de aardgasbudgetmeter.
BESLUIT
eenparig
Enig artikel
De raad voor maatschappelijk welzijn besluit om gebruik te maken van de aangeboden mogelijkheid tot minimale levering via de aardgasbudgetmeter voor de periode winter 2020 - 2021, met ingang vanaf 01 november 2020.
ZITTING VAN 29 OKTOBER 2020
KEN Subsidies coronavirus